UGR buiten na een jaar meten

Nieuws

01/2025
De Kruijter Openbare Verlichting startte in januari 2023 met het grootschalig meten van verblinding bij LED-verlichtingsarmaturen voor openbare verlichting. Het lab werd verder geprofessionaliseerd, en na een jaar kijken we terug op de uitkomsten van alle onderzochte LED-verlichtingsarmaturen.

Samenvatting vooraf:

Na een jaar meten van de UGR buiten in ons eigen lab, wordt meer duidelijk over de omvang van de hoeveelheid verblindende en niet-verblindende LED-kegelarmaturen. Uit de data kan tevens worden afgeleid welk type armatuur het best scoort en welke niet. Een heldere lichtkap scoort slechter dan een gematteerde lichtkap. Ook blijkt dat alleen de grootte van het lichtgevende oppervlak niets zegt over de UGR-buitenscore. De combinatie van helderheid en grootte van het lichtgevende oppervlak geeft meer inzicht in de te verwachten UGR-buitenscore. Hoe lager deze score, hoe minder verblinding. Het blijft buiten kijf dat het meten van het armatuur nog altijd noodzakelijk is om de uiteindelijke score te bepalen. Een beknoptere methode hebben we, op basis van de dataset, nog niet kunnen ontdekken. Tot slot kan worden gesteld dat de grenswaarde van 33 of 30 zeker realistisch is, omdat van de onderzochte armaturen 37,5% een waarde lager dan 30 behaalt en bij een grenswaarde van 33 dit percentage stijgt naar 56,2%.

Algemeen

De Kruijter Openbare Verlichting startte in januari 2023 met het grootschalig meten van verblinding bij LED-verlichtingsarmaturen voor de openbare verlichting. Het lab werd verder geprofessionaliseerd en na een jaar kijken we terug op de uitkomsten van alle onderzochte LED-verlichtingsarmaturen. Hadden we voor eind 2022 nog te maken met "Schopenhauers drie fasen van de waarheid", aan het begin van 2023 is er volop vertrouwen om de methode mee te nemen in aanbestedingen.

Wat is het?

De UGR buiten is een methode waarmee de mate van verblinding van een LED-armatuur op een waarnemer kan worden vastgesteld. Dit gebeurt op basis van:

• De helderheid en grootte van het lichtgevende oppervlak.

• Waarnemingen van 70 posities in het openbaar gebied (lees: rekenvlak, zie onder).

Geen van de waarnemers mag de gestelde grenswaarde overschrijden. Deze grenswaarde is 33 of 30, afhankelijk van de eisen in de uitvraag. De waarde 33 is gebaseerd op een zeer gewaardeerd conventioneel kegelarmatuur dat voor 80% in Nederlandse woonstraten te vinden was. Dit armatuur veroorzaakt geen verblinding, maar wordt door bewoners ook niet als comfortabel ervaren.

Waarom niet de huidige methoden toepassen?

In onderstaande tabel 1 is te zien dat geen van de huidige methoden alle vier de parameters die invloed hebben op verblinding meenemen in de beoordeling. De UGR buiten doet dit wel en sluit daardoor beter aan bij de beleving van gebruikers in het openbaar gebied.

Tabel 1 De huidige methoden en hun beperkingen

Resultaten van een jaar meten

In onderstaande grafiek "Relationship Between Luminous Surface and UGR Outdoor" is te zien dat er geen direct verband bestaat tussen de waarde van de UGR-buiten en het gemeten lichtgevende oppervlak* (het gebied dat meer licht geeft dan >250 cd/m²).
Indien de helderheid en de afmeting van het lichtgevende oppervlak tegen elkaar worden afgezet (tweede grafiek), kan er wel een inschatting worden gedaan. Toch blijkt dat meten, zeker voor uitzonderingen, altijd loont.
Uit de metingen blijkt dat de mate van diffuusheid van de lichtkap, het gebruik van interne diffusors, de grootte van het armatuur en het type bundel grote invloed hebben op de mate van verblinding en het behalen van een lage UGR-buitenwaarde. Hoe lager de waarde, hoe minder verblinding.

Daarnaast worden er vragen gesteld of de grenswaarde van 33 of 30 wel realistisch is. Het antwoord is ja. Van de onderzochte armaturen behaalt 37,5% een waarde lager dan 30, en bij een grenswaarde van 33 is dit percentage 56,2%. (zie laatste grafiek)

Overige blog posts